G’day!

Inmiddels zijn we alweer twee dagen in Airlie Beach en is het niet zo heel ver meer naar Cairns, onze eindbestemming aan de oostkust.

We hebben ondertussen alweer veel leuke dingen gedaan. In Yeppoon zijn we naar “Great Keppel Island” geweest, het grootste eiland van de Keppel Islands. Een mooi eiland met fijn wit zand en een hele heldere blauwe zee. Hier hebben we gezwommen en zijn we met een glassbottom-boat naar een stuk koraal gevaren om de onderwaterwereld te bekijken. Onderweg zagen we al vrij snel dolfijnen en een zeeschildpad. Na de glassbottomtour hebben we ook zelf nog gesnorkeld. Voor Yoran en Kai de eerste keer, dus dat was best wel spannend!

Ook zijn we nog naar de plaats “Emu Park” geweest, wat vlakbij Yeppoon ligt. Hier zijn we naar een monument voor Captain Cook geweest, “the Singing Ship” en naar een monument voor oorlogslachtoffers uit WOI en WOII. Daarna hebben de jongens zich uitgeleefd in een hele leuke waterspeeltuin.

Na Yeppoon was het plan om door te rijden naar Mackay, maar uiteindelijk hebben we er voor gekozen om naar Mirani te gaan. Een klein “country” plaatsje in de “Pioneer Valley” en dichtbij het “Eungella National Park”, een regenwoud waar je het zeldzame vogelbekdier kunt zien. Wij dachten zelf dat dit een vrij groot dier moest zijn, maar in werkelijkheid is het niet veel groter dan een waterrat. Het is wel een bijzonder diertje en we hadden het geluk dat we er een paar hebben gezien.

In Airlie Beach, waar we nu zijn, hebben we een zeiltocht gemaakt naar de Whitsunday Islands. We moesten om 6:15 uur al klaar staan langs de weg bij de camping. Vanaf “Abel Point Marina” vertrokken we rond 7:30 uur met het schip “The Providence.” Het was een ruige tocht, waarbij sterke mannen (o.a. Jeroen en Kai) hulpmatrozen waren. Ze hielpen bij het hijsen van de zeilen en Kai mocht af en toe het roer overnemen van de kapitien. Bij “Hills Inlet” mochten we even van de boot. Via een klein motorbootje kwamen we aan en moesten we een stukje lopen naar een uitkijkpunt waar een geweldig mooi uitzicht was op de verschillende eilanden en op het bekende strand “Whitehaven”, waar we uiteraard ook zijn geweest. Daarna moesten we de kleine boot weer in om verder te varen om in een baai te kunnen snorkelen. Helaas is er door de cycloon, die hier in april is geweest, wel veel koraal verloren gegaan, waardoor het snorkelen iets minder was. Het schijnt dat het wel weer een paar jaar duurt voordat het koraal weer herstelt is.

Morgen gaan we naar Townsville, de gateway naar “Magnetic Island”, daarover weer meer in ons volgende verslag.